AANBRENGEN MET EEN SPUITPISTOOL
Zie onderaan deze pagina een video die stap voor stap het opbrengen van Cool-FX uitlegd.
Schud of roer voor gebruik. Meng Cool-FX met schoon water volgens de gewenste concentratie. Goed mengen tot een homogene vloeistof is verkregen. De spuitklare vloeistof kan worden verspoten met standaard spuitapparatuur. Spuitapparatuur na gebruik grondig reinigen met water.
Onze coatings zijn gemakkelijk handmatig aan te brengen. Handmatig aanbrengen kan met apparatuur variërend van een rugspuit voor kleinere oppervlakken tot professionele pompsets. Het belangrijkste voor een handmatige toepassing is een verstelbaar spuitpistool om een gelijkmatige dekking te garanderen en toch ver genoeg te kunnen reiken. Het resultaat hangt af van de weersomstandigheden, het vakmanschap van de werknemer en de kenmerken van de gebruikte apparatuur. De set spuitpistolen moet bestaan uit een membraanpomp met een minimale pompcapaciteit van 40 l/min, voldoende slanglengte en een verstelbaar spuitpistool om alle delen van het dak te bereiken.
GELIJKMATIGE VERDELING
Als de coating correct wordt aangebracht, vloeit deze uit in een homogene laag. De uitdaging is om het product gelijkmatig te verdelen. Dit vereist een balans tussen de loopsnelheid, de verdunning van de spuitoplossing en de instelling van het spuitpistool. Als een operator onvoldoende ervaring heeft met het werken met een spuitpistool, kan het beter zijn om één of twee extra emmers mee te nemen voor het geval er gemorst wordt. Besteed speciale aandacht aan de porositeit van het oppervlak. Een hoge porositeit zorgt ervoor dat het oppervlak de coating opslokt.
Type oppervlak | Concentratie | Oppervlakte in m2 per emmer | |
Glad oppervlak | 1 op 3 | 300 | |
Poreus oppervlak | 1 op 3 | 250 | |
Zeer poreus oppervlak | 1 op 2 | ≤200 |
(Concentratie: 1 deel Cool-FX op # delen water)
*Houd er bij een golfdak rekening mee dat het oppervlak toeneemt naarmate de golfdiepte toeneemt.
*Bij een hellend dak kan een lagere verdunning nodig zijn (tussen 1 op 2 en 1 op 3) om te voorkomen dat de coating te snel van het dak afloopt.
WEERSOMSTANDIGHEDEN BEÏNVLOEDEN DE KWALITEIT
- Breng de coating aan op een schoon en droog oppervlak voor de beste slijtvastheid.
- Breng de coating aan bij droog weer met een relatieve vochtigheid < 80% op een droog oppervlak. Een nat oppervlak verdunt de laag. Als de droogtijd te lang is, kan dit leiden tot overmatige afvloeiing en dus een ongelijkmatige coating.
- Houd de weersvoorspelling in de gaten. Niet aanbrengen tijdens neerslag of wanneer er op korte termijn (binnen 12 uur) neerslag wordt voorspeld. Regen beschadigt een coating die nog niet volledig gedroogd is.
- Breng aan bij een temperatuur tussen 5 en 30 graden Celsius. Anders is de droogtijd te lang en zal de coating 's nachts nat zijn en beschadigd raken door condensatie.
- Niet aanbrengen bij veel wind (max. 7 km/uur). De laag kan te dun worden en er kan overspray ontstaan.