APPLICATIE MET EEN DRone

Wanneer het bereiken van hogere oppervlakken moeilijk of gevaarlijk is, is het gebruik van drones een goed alternatief. Cool-FX leent zich om met een drone te worden gespoten. De verdunning kan echter anders zijn dan bij andere soorten toepassingen. De mengverhouding en de duur van de toepassing kunnen variëren met het type drone. Er zijn twee hoofdtypen spuitdrones: drones met spuitdoppen en drones met een roterende schijf. Met een roterende schijf kun je tijdens de vlucht de instellingen wijzigen (grootte van de druppels).

HOGE NAUWKEURIGHEID

Het aantal kilo's blijft hetzelfde als bij andere toepassingsmethodes, maar er is minder water nodig om het toe te passen. Het aanbrengen met een drone is ook een stuk veiliger, terwijl het resultaat beter en nauwkeuriger kan zijn.

WEERSOMSTANDIGHEDEN BEÏNVLOEDEN DE KWALITEIT

• Breng de coating aan op een schone en droge bekleding om de beste slijtvastheid te verkrijgen.
• Breng de coating aan bij droog weer met een relatieve vochtigheid < 80% op een droog kasdek. Een nat kasdek verdunt de laag.  Houd de weersvoorspelling in de gaten.
• Breng de coating niet aan tijdens regen of wanneer er regen wordt voorspeld op korte termijn (binnen 12 uur). Regen beschadigt een coating die nog niet volledig gedroogd is.
• Breng aan bij een temperatuur tussen 5 en 30 graden Celsius. Anders is de droogtijd te lang en zal de coating 's nachts nat zijn en beschadigd raken door condensatie.
• Niet aanbrengen bij veel wind (max. 7 km/uur). De laag kan te dun worden en er kan overspray ontstaan.

DE COATING AANBRENGEN

1. Zorg ervoor dat het oppervlak dat je wilt coaten droog en zo schoon mogelijk is. Hoe schoner het oppervlak, hoe beter de slijtvastheid.
2. Bepaal de vierkante meters van het oppervlak. Eén emmer Cool-FX is goed voor 200 tot 300 vierkante meter, afhankelijk van het dakmateriaal.   
3. Vul de mengtank met een laag schoon water om te voorkomen dat de coating aan de bodem van de tank blijft kleven. Meng Cool-FX met ongeveer 3 keer de hoeveelheid water tot een homogene oplossing.
4. Vul de tank van de drone. Rechtstreeks vanuit de mengtank of met een trechter.
5. Start de applicatie.
6. Pas de druppelgrootte aan de weersomstandigheden aan. Doe dit door de rotatiesnelheid van het mondstuk of de schijf aan te passen.

HEEFT U MEER INFORMATIE NODIG?